Jan de Bas
25 december 1969
Hij bad het Onze Vader.
Wij keken naar het zwart
dat ons voor ogen kwam.
Een groot diep gat,
zo dichtbij, dat God
wel moest bestaan.
Na het amen werd het licht.
Scheen de zon
in heldere groentesoep.
Doopten wij ons wittebrood.
Zagen wij de hemel
in onze diepe borden.